Ghana verdragen Dividend

Land Ghana
Verdragsartikel
Datum getekend 10 maart 2008
Datum van kracht 12 november 2008


Artikel 10. Dividenden

1. Dividenden betaald door een lichaam dat inwoner is van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, mogen in die andere Staat worden belast.

2. Deze dividenden mogen echter ook in de Verdragsluitende Staat waarvan het lichaam dat de dividenden betaalt inwoner is, overeenkomstig de wetgeving van die Staat worden belast, maar indien de uiteindelijk gerechtigde tot de dividenden een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat is, mag de aldus geheven belasting:

a. 5 percent van het brutobedrag van de dividenden niet overschrijden, indien de uiteindelijk gerechtigde een lichaam is (niet zijnde een transparante entiteit) dat onmiddellijk ten minste 10 percent bezit van het kapitaal van het lichaam dat de dividenden betaalt;

b. in alle overige gevallen 10 percent van het brutobedrag van de dividenden niet overschrijden.

3. De bevoegde autoriteiten van de Verdragsluitende Staten regelen in onderlinge overeenstemming de wijze van toepassing van het tweede lid.

4. De bepalingen van het tweede lid laten onverlet de belastingheffing van het lichaam ter zake van de winst waaruit de dividenden worden betaald.

5. De uitdrukking „dividenden”, zoals gebezigd in dit artikel, betekent inkomsten uit aandelen, winstaandelen of winstbewijzen, mijnaandelen, oprichtersaandelen of andere rechten, niet zijnde schuldvorderingen, die aanspraak geven op een aandeel in de winst alsmede inkomsten uit andere vennootschappelijke rechten die door de wetgeving van de Staat waarvan het lichaam dat de uitdeling doet inwoner is, op dezelfde wijze aan de belastingheffing worden onderworpen als inkomsten uit aandelen en omvat tevens alle andere bestanddelen die uit hoofde van de wetgeving van de Verdragsluitende Staat waarvan het lichaam dat de dividenden betaalt inwoner is, worden behandeld als dividend of een uitdeling van dividend van een lichaam.

6. De bepalingen van het eerste en tweede lid zijn niet van toepassing indien de uiteindelijk gerechtigde tot de dividenden, die inwoner is van een Verdragsluitende Staat, in de andere Verdragsluitende Staat waarvan het lichaam dat de dividenden betaalt inwoner is, een bedrijf uitoefent door middel van een aldaar gevestigde vaste inrichting of in die andere Staat zelfstandige arbeid verricht vanuit een aldaar gevestigd vast middelpunt en het aandelenbezit uit hoofde waarvan de dividenden worden betaald, tot het bedrijfsvermogen van die vaste inrichting of tot het beroepsvermogen van dat vaste middelpunt behoort. In dat geval zijn de bepalingen van artikel 7 of van artikel 14 naargelang van het geval, van toepassing.

7. Indien een lichaam dat inwoner is van een Verdragsluitende Staat, voordelen of inkomsten verkrijgt uit de andere Verdragsluitende Staat, mag die andere Staat geen belasting heffen op de dividenden die door het lichaam worden betaald, behalve voor zover deze dividenden worden betaald aan een inwoner van die andere Staat of voor zover het aandelenbezit uit hoofde waarvan de dividenden worden betaald, tot het bedrijfsvermogen van een in die andere Staat gevestigde vaste inrichting of tot het beroepsvermogen van een aldaar gevestigd vast middelpunt behoort, noch de niet-uitgedeelde winst van het lichaam onderwerpen aan een belasting op niet-uitgedeelde winst van het lichaam, zelfs indien de betaalde dividenden of de niet-uitgedeelde winst geheel of gedeeltelijk bestaan uit voordelen of inkomsten die uit die andere Staat afkomstig zijn.

Protocol:

IX. Ad artikel 10

1.Niettegenstaande artikel 10, tweede lid, heft de Verdragsluitende Staat waarvan het lichaam inwoner is geen belasting over door dat lichaam betaalde dividenden, indien de uiteindelijk gerechtigde tot de dividenden een pensioenfonds is als bedoeld in artikel 4, tweede lid.

2.Het is wel te verstaan dat voor de toepassing van dit Verdrag

a. onder de uitdrukking „winstaandelen” worden verstaan waardepapieren die recht geven op een aandeel in de nettowinst van het lichaam en die geen kapitaal van het lichaam vertegenwoordigen, maar een nietfinanciële bijdrage, zoals een bijdrage aan de knowhow;

b. onder de uitdrukking „winstbewijzen” worden verstaan rechten, al dan niet vastgelegd in officiële documenten, op een aandeel in de nettowinst van het lichaam die geen kapitaal van het lichaam vertegenwoordigen, maar een niet-financiële bijdrage, zoals een bijdrage aan de knowhow;

c. onder de uitdrukking „mijnaandelen” worden verstaan aandelen in een mijnlichaam waarop de mijnbouwwetgeving van toepassing is en dat georganiseerd is volgens een specifieke rechtsvorm;

d. onder de uitdrukking „oprichtersaandelen” worden verstaan aandelen die worden geplaatst als beloning voor diensten verricht door de oprichters tijdens de oprichting van een lichaam en die geen kapitaal van het lichaam vertegenwoordigen.

X. Ad artikelen 10, 11 en 12

Indien aan de bron belasting is geheven die het belastingbedrag dat ingevolge de bepalingen van de artikelen 10, 11 of 12 mag worden geheven te boven gaat, moeten verzoeken om teruggaaf van het daarboven uitgaande belastingbedrag worden ingediend bij de bevoegde autoriteit van de Staat die de belasting heeft geheven, binnen een tijdvak van drie jaar na afloop van het kalenderjaar waarin de belasting is geheven.

XI. Ad artikelen 10 en 13

Het is wel te verstaan dat inkomsten die worden ontvangen in verband met de (gedeeltelijke) liquidatie van een lichaam of een inkoop van eigen aandelen door een lichaam worden behandeld als inkomsten uit aandelen en niet als vermogenswinsten.

Disclaimer

Hierboven vindt u de tekst uit het belastingverdrag tussen Nederland en het betreffende land met betrekking tot dividenden en de bijbehorende protocolartikelen. Graag maken wij u erop attent dat het effectieve percentage bronbelasting kan afwijken van wat in het verdrag is bepaald, bijvoorbeeld door antimisbruikbepalingen in lokale wetgeving, etc.